|

6 Beste boeken over het tienerbrein

Het puberende brein is in de afgelopen tien jaar hét standaardwerk geworden over de adolescentie. Het is niet meer weg te denken uit de boekenkast van ouders

Je kind van 15 is slim en verstandig. Waarom doet het dan soms van die ongelooflijk domme dingen? En waarom vindt het zijn smartphone en onmiddellijke bevrediging belangrijker dan het plannen van zijn activiteiten?

De link van Bol.com geeft je veel extra informatie van de boeken over het tienerbrein, waaronder de waardering en de recensies van de lezers. Via de link kun je het boek eenvoudig en snel bestellen.

Het puberende brein

Over de ontwikkeling van de hersenen in de unieke periode van de adolescentie

Het puberende brein is in de afgelopen tien jaar hét standaardwerk geworden over de adolescentie. Het is niet meer weg te denken uit de boekenkast van ouders, en wordt net zo gretig gelezen door leerkrachten en andere professionals. Eveline Crone is bekend geworden om haar vernieuwende kijk op de adolescentie, waarbij zij benadrukt dat het niet alleen een periode is van moeilijk gedrag, maar ook een unieke periode van bloei waarin jongeren ontdekken wie ze zijn en hoe zij hun weg vinden in de maatschappij.

Deze nieuwe uitgave van de bestseller brengt de lezer op de hoogte van de allernieuwste inzichten uit de hersenwetenschap. Het legt pubergedrag uit aan de hand van alledaagse vraagstukken, zoals het gebruik van sociale media en het maken van studiekeuzes. Aan de hand van recente nieuwsberichten neemt Eveline Crone de lezer mee langs de uitdagingen, risico’s en kansen die pubers tegenkomen en zij geeft handvatten voor ouders, onderwijs en jeugdwerkers.

Eveline Crone is hoofd van een van ’s werelds meest vooraanstaande onderzoekscentra op het gebied van hersenen en ontwikkeling. Zij won een indrukwekkende reeks prijzen, waaronder de Spinozapremie. Volgens Opzij was zij in 2017 de invloedrijkste vrouw in de wetenschap. Zij is dé Nederlandse autoriteit op het terrein van puberhersenen.

Het tienerbrein

over de adolescent tussen biologie en omgeving

Een must read voor ouders, maar evenzeer voor leraren, voor coaches in sport en muziek en voor opvoedprofessionals.

Je zoon van 15 is slim en verstandig. Waarom doet hij dan soms van die ongelooflijk domme dingen? En waarom vindt hij zijn smartphone en onmiddellijke bevrediging belangrijker dan het plannen van zijn activiteiten? Waarom neemt hij soms onverantwoorde risico’s? En hoe kan het dat tieners zich plots heel snel ontwikkelen en een eerdere achterstand omzetten in een voorsprong? Antwoord: de tiener is ‘werk in uitvoering’.

Dat hangt samen met de hersenrijping: die gaat door tot vér na het twintigste jaar. De steun, sturing en inspiratie die een tiener krijgt uit zijn omgeving, zijn essentieel voor die rijping. Ouders, onderwijsgevenden, sportcoaches: ze zorgen voor de kennis en ervaringen die een tiener nodig heeft om zich een optimale plek te verwerven in onze snel veranderende samenleving.

‘Het tienerbrein’ bespreekt de dertig neuropsychologische inzichten die iedere volwassene zou moeten hebben om een tiener te begrijpen en hem of haar zich te laten ontplooien. Aan de orde komen de hersenfuncties, cognitief functioneren, sociaal gedrag en slaap. Ook gaat het boek in op de verschillen tussen jongens en meisjes, hoe zij kiezen, plannen en beslissen. Het tienerbrein richt zich op gedrag, cognitie en ontplooiing thuis en op school, in sport en muziek. En het geeft aanbevelingen uit de neuropsychologische praktijk.

Handboek voor leraren

Een goede leraar doet ertoe. Er een worden is een mooie, maar soms lastige opgave. Je wordt immers geen leraar door domweg het ‘recept’ uit een boek te volgen. Toch zijn er wel handvatten die je kunnen helpen. In dit handboek vind je daarom de basis die je nodig hebt om een succesvolle leraar te worden. De theorie helpt om nieuwe inzichten in de praktijk in je vingers te krijgen, maar je moet bovenal een eigen identiteit als leraar ontwikkelen.

Handboek voor leraren sluit aan bij de generieke kennisbasis waarover elke beginnende leraar moet beschikken. Het boek is een inspiratiebron voor actuele afstudeerthema’s en biedt praktisch gereedschap om jarenlang door te blijven groeien in het docentschap. Daarmee slaat de uitgave een gedegen brug naar de werkelijkheid in de klas. Van ‘Hoe onderwijs ik mijn leerlingen?’ tot ‘Hoe ontwikkel ik mezelf als leraar?’; alle hoofdvragen van de docent in spe komen aan bod. In deel A van het boek wordt de didactiek van het leraarschap omschreven met thema’s, zoals adolescentie, coaching, werkvormen, ordehandhaving, leerpsychologietheorieën en toetsing.

In deel B staat de pedagogische interactie met leerlingen centraal waarbij aandacht wordt besteed aan pesten, passend onderwijs en gesprekken op school. Het Nederlandse onderwijssysteem, met verschillende culturen, opvoedingsstijlen en visies, komt in deel C aan de orde. Deel D gaat in op de persoonlijke en professionele ontwikkeling van leraren. Tot slot wordt in deel E beschreven hoe docenten hun onderwijs vorm kunnen geven in het vmbo en mbo. Het Handboek voor Leraren is nog steeds een compleet boek.

Opvoeden doe je met je brein

wat de neurowetenschap je leert over een hechte band met je kind

Opvoeden doe je met je brein is geen boek over opvoeden in de traditionele zin. De auteurs Daniel Hughes en Jonathan Baylin geven geen adviezen over alle uitdagingen en problemen die met opvoeden samenhangen. Toch kan hun boek vele ouders én therapeuten helpen.

Aan de hand van innovatief onderzoek laten Hughes en Baylin zien wat er in de hersenen gebeurt wanneer opvoeden niet vanzelf gaat. Als we als opvoeders weten hoe onze eigen hersenen werken, beschikken we over krachtige kennis die bewust en effectief opvoeden mogelijk maakt. Door dit fundamenteel andere perspectief kunnen ouders hun band met hun kinderen versterken en het helpt therapeuten om hun werk met gestreste ouders te verdiepen.

In Opvoeden doe je met je brein beschrijven de ervaren therapeuten en neurowetenschappers Hughes en Baylin de vijf hoofdgebieden van opvoeden. Met behulp van speelsheid, acceptatie, nieuwsgierigheid en empathie (SANE) kan het ouderlijk hersenvermogen worden vergroot, geblokkeerd ouderschap worden tegengegaan en de band met tussen kind en kind worden versterkt.

Dit boek leidt opvoeders en therapeuten met praktische adviezen en heldere uitleg door het ingewikkelde landschap van breincircuits en nuttige opvoedingsstrategieën. Een onmisbaar boek voor:
* ouders die willen weten hoe het werkt in theorie en praktijk
* pleeg- en adoptieouders waar een hechte band met je kind niet vanzelf spreekt
* professionals die met gezinnen werken waarin hechting een probleem is

Het hele brein, het hele kind

twaalf revolutionaire strategieen om de ontwikkeling van je kind te stimuleren

‘Daniel Siegel en Tina Payne Bryson hebben een meesterlijk, toegankelijk boek geschreven om kinderen te helpen hun emotionele intelligentie te ontwikkelen. Deze briljante methode transformeert alledaagse interactie tot waardevolle, brein-vormende momenten.’ Daniel Goleman, auteur van Emotionele intelligentie Een driftbui in de supermarkt, niet aan willen kleden, langs de kant zitten mokken in plaats van lekker meedoen, soms word je er als ouder knettergek van.

Maar je kind maakt het je niet expres lastig, zijn brein is nog niet volledig ontwikkeld. Geen wonder dat je kind zo’n ongeleid projectiel lijkt – zo voelt het zich ook! Het ‘bovenbrein’, het gedeelte dat beslissingen neemt en tegenwicht biedt aan allesoverspoelende emoties, is tot midden twintig nog in ontwikkeling. En vooral bij jonge kinderen heeft de emotionele rechterhersenhelft vaak de overhand op de meer rationele linkerhersenhelft. In dit baanbrekende, praktische boek laten Daniel J. Siegel en Tina Payne Bryson zien hoe het kinderbrein zich ontwikkelt en hoe je inzichten uit de neuropsychologie kunt toepassen bij het opvoeden.

De heldere uitleg, leeftijdsgerichte strategieën en illustraties helpen je daarbij. Zo kun je je kind leren beter om te gaan met zijn gevoelens en komt het lekkerder in zijn vel te zitten. Daniel J. Siegel is hoogleraar klinische psychiatrie aan de Universiteit van Californië en mededirecteur van het Mindful Awareness Research Center van de UCLA en van het Mindsight Institute. Eerder schreef hij o.a. Parenting from the inside out en Mindsight.

De psychologie van het nieuwe bewustzijn. Tina Payne Bryson is kinder- en jeugdpsychotherapeute, opvoedcoach en directeur van de afdeling oudervoorlichting en ontwikkeling van het Mindsight Institute. Ze geeft lezingen aan ouders, docenten en professionals in de zorg.

Leer je kind kennen

over ontplooiing, leren, denken en het brein

Jongeren zijn ‘werk in uitvoering’. Over de hele periode van kindertijd en adolescentie doen zij kennis en ervaringen op. Hun cognitieve vaardigheden ontwikkelen zich evenals hun sociaal gedrag en hun vaardigheid in het omgaan met emoties. Dat alles is nodig om zich als volwassene te kunnen inpassen in onze snel veranderende samenleving. Daarom rijpt het brein nog door tot ver na het twintigste jaar. Complexe netwerken van verbindingen tussen hersencentra ontwikkelen zich nog in de jonge volwassenheid.

Dat doen ze op geleide van de kennis en ervaringen die de jongere opdoet. Daarvoor zijn ouders en andere opvoeders – de leraar, de sportcoach – bepalend. Zij zijn essentieel voor de ontplooiing van hun kind (en diens brein): voor hun leren, hun denken en voor de ontwikkeling van de identiteit. De opvoeder. Kinderen en jongeren hebben gerichte steun, sturing en inspiratie nodig van hun ouders; het idee dat kinderen en tieners zelf hun weg kunnen vinden klopt niet. Veel van de problematiek die we nu ervaren met jongeren – thuis, op school, op de sportvereniging en ‘op straat’ – is het gevolg van een te terughoudende rol van de opvoeders.

Op grond van de nieuwste inzichten in de neuropsychologische ontwikkeling en rijping roept Jolles opvoeders op om een actiever rol te spelen. Ouders hebben veel mogelijkheden om hun kind te ondersteunen in zijn ontplooiing en bij te dragen aan zijn talentontwikkeling. Ze hoeven niet alleen op te treden als ‘sturende manager’ maar kunnen ook andere rollen spelen zoals die van coach, mentor, inspirator of adviseur. Omdat ouders actief steun, sturing én inspiratie geven is de periode van de adolescentie er een van kansen en mogelijkheden. De adolescentie heeft meerdere fasen.

In dit boek gaat Jolles in op de ontwikkeling vanaf de preadolescentie (circa 8 jaar) via drie fasen in de adolescentie en de bijna-volwassenheid. Hij gaat in op de grote rol van nieuwsgierigheid maar ook van bewegen en diverse aspecten van leren en geheugen. De executieve functies worden besproken in de ontwikkeling van het plannen, het zelfinzicht en de zelfregulatie en ook denkvaardigheid en de ontwikkeling van de identiteit.

___________________________________________________________________________________

Vergelijkbare berichten